Op dit moment wordt in het Kempen~Broek in opdracht van ARK Natuurontwikkeling hard gewerkt. Grond uit een toekomstig natuurgebied wordt met tractoren en kippers verplaatst naar het land van een agrariër. Het resultaat is een agrariër met verbeterde landbouwgronden én een nieuw nat natuurgebied. Een win-winsituatie voor landbouw en natuur!
Fietser en recreanten hebben het wellicht opgemerkt, het is een drukte van jewelste rond het Wijffelterbroek. Tractoren met kippers rijden af en aan. ARK is aan het graven in een nieuw natuurgebied, de Raamweiden. In dit gebied mag straks de natuur zijn gang gaan, maar eerst moet een goede basis gelegd worden.
Voor een goede basis wordt de bovenste laag landbouwgrond afgegraven. De bovenste laag grond, de bouwvoor, zit vol meststoffen en is niet gewenst in het nieuwe natuurgebied. Met het graafwerk in de Raamweiden wordt ook het oude reliëf hersteld. Daar waar vroeger venen lagen wordt de grond afgegraven tot op oude veenbodems en zal straks weer water staan. Op andere plekken worden droge zandige kopjes hersteld met schraal, voedselarm zand. Ook worden drainagebuizen weggehaald. Straks zal het ijzerrijke en schone bronwater dat weer aan de oppervlakte komt zorgen voor bijzondere natuur.
Ook de landbouw profiteert van dit graafwerk. De bovenste laag voedselrijke grond wordt verplaatst naar de landbouwpercelen van een agrariër aan de Diesterbaan. De grond wordt daar gebruikt om de productiecapaciteit van percelen te verbeteren. Kavels met een slechte waterhuishouding en natte lage plekken worden droger en daardoor verbeterd. Dankzij de samenwerking met onze buurman ontstaat zo een win-win situatie.
Door middel van een openbare aanbesteding, op basis van deskundigheid en ervaring met vergelijkbare werken, zijn lokale aannemers geworven voor de uitvoering. Zo profiteren de aannemers van de gebiedsontwikkeling in het Kempen~Broek en wordt de continuïteit van het bedrijf dit jaar gewaarborgd. Met de uitvoering van de natuurmaatregelen profiteert dus niet alleen de natuur, maar ook agrariërs en de lokale economie.