De grote weerschijnvlinder en het bont dikkopje zijn tegenwoordig zeldzame dagvlinders in Nederland. In de Brabantse natuurgebieden de Kampina en Het Groene Woud zijn populaties van beide vlindersoorten gevestigd. Bo van de Linde & Cécile Jansen, studenten van de HAS Hogeschool in Den Bosch hebben, voor het project ‘Wild van vlinders’, onderzocht of er mogelijkheden zijn om deze populaties uit te breiden naar andere gebieden in Het Groene Woud, zoals de Scheeken.
De grote weerschijnvlinder was tot voor kort een zeldzame standvlinder, maar breidt zich uit. Het bont dikkopje is nog steeds een vrij zeldzame standvlinder. Beide vlinders komen voor op open plekken in het bos, zoals bosranden en brede bospaden. Deze vlinders gedijen goed in vochtige omstandigheden. De waardplant voor de grote weerschijnvlinder is een breedbladige wilg zoals de boswilg en grauwe wilg, het liefst groeiend in de halfschaduw. Ze voeden zich met sap van bloedende bomen en honingdauw. Mannetjes hebben ook mineralen nodig, die ze uit dierlijke ontlasting en kadavers halen. Deze mannetjes verzamelen zich midden op de dag bij een markante boom, de masterboom.
De waardplanten van het bont dikkopje zijn hennegras en pijpenstrootje. In tegenstelling tot de grote weerschijnvlinder, voedt het bont dikkopje zich met nectar van verschillende bloemen. De voornaamste nectarplanten zijn braam en echte koekoeksbloem. Verder is het belangrijk dat er veel zonlicht aanwezig is in het leefgebied van deze vlinder. Tijdens het onderzoek zijn meer dan 80 locaties in Het Groene Woud, het gebied tussen Den Bosch, Eindhoven en Tilburg, beoordeeld op basis van punten als voldoende waard- en nectarplanten en het vochtgehalte van de bodem, oftewel het grondwaterpeil. Dit grondwaterpeil moet minder dan 25 centimeter onder het maaiveld staan om de juiste omstandigheden te creëren voor de groei van de waardplanten voor deze vlindersoorten.
Er is gebleken dat maar een klein aantal van de onderzochte locaties nu al geschikt leefgebied vormen voor de grote weerschijnvlinder en het bont dikkopje. Wel blijkt dat zelfs de locaties die nu al geschikt worden bevonden te kampen hebben met verdroging. Verdroging van natuurgebieden, én het ontbreken van verbindingen, vormen dan ook de grootste bedreigingen voor beide vlindersoorten.
Om de verbinding tussen de Kampina en de Scheeken voor de twee vlindersoorten te verbeteren is het belangrijk om het grondwaterpeil omhoog te brengen om de geschikte leefgebieden te behouden en het liefst te vergroten. Dit is mogelijk door bijvoorbeeld geulen af te dammen of te verwijderen. Om open plekken te behouden, en voor de ontwikkeling van brede bosranden, is het van belang dat de leefgebieden toegankelijk zijn voor wild en grote grazers. Doordat reeën, runderen en edelherten verschillende eetgewoontes hebben, zorgen zij voor structuur in overgangen van bos naar open plekken. Daarnaast profiteert de grote weerschijnvlinder ook van de ontlasting en de kadavers van deze dieren (mineralen!).
Op enkele onderzochte locaties waren geen waard- en/of nectarplanten aanwezig. Het is van belang om op deze locaties te bekijken waarom deze waard- en/of nectarplanten hier niet groeien, en wat er gedaan kan worden om de groei te stimuleren. Omdat het bont dikkopje niet erg mobiel is, is het nodig dat geschikte gebieden tussen de Kampina en de Scheeken met elkaar verbonden worden. Door braamstruwelen zich te laten ontwikkelen met daartussen stapstenen in de vorm van voortplantingshabitat, ontstaat er weer geschikt habitat, en dus een natuurlijke verbinding, voor het bont dikkopje. De grote weerschijnvlinder is minder afhankelijk van dergelijke natuurlijke verbindingen. Deze is mobieler en kan, ook boven de boomkruinen, meerdere kilometers afleggen. Wanneer de terreinbeherende organisaties in Het Groene Woud aan de slag gaan met deze praktische tips, dan kunnen we komende jaren toenemende aantallen van de grote weerschijnvlinder en bont dikkopje verwachten en kunnen we deze soorten over tien jaar op veel meer plekken in Het Groene Woud waarnemen.
Kijk voor meer informatie op vlinderstichting.nl/wild-van-vlinders of klik hier.
De Vlinderstichting en ARK Natuurontwikkeling werken onder de titel ‘Wild van vlinders’ samen aan behoud en herstel van 31 bedreigde en verdwenen vlindersoorten in Zuidoost Nederland. Het project wordt mede mogelijk gemaakt door de provincie Noord-Brabant.