ARK investeert de komende jaren samen met lokale partners en partijen in Het Groene Woud. Onder de naam ‘Brabants Goud in Het Groene Woud’ gaan we samen met terreinbeheerders, grondeigenaren, bewoners, gemeenten en anderen het gebied nog mooier maken voor mens én natuur. Donderdag 9 mei vond de projectaftrap plaats in Nijnsel, op een stuk grond nabij de Odaberg, het eerste perceel dat recentelijk door ARK werd aangekocht.
Een kleine tachtig vertegenwoordigers van betrokken partijen verzamelden zich gisteren in de Vresselse Hut in Nijnsel voor de startbijeenkomst. Samen met onder meer het Groen Ontwikkelfonds Brabant, terreinbeheerders als Brabants Landschap en Staatsbosbeheer, gemeenten en grondeigenaren gaat ARK bijdragen om het Natuurnetwerk Brabant binnen Het Groene Woud te realiseren. Dit sluit aan bij de natuurambities van de provincie Noord-Brabant.
“Via natuurlijke processen zetten we in op natuur die toekomstbestendig is”, aldus ARK-directeur Jos Rademakers. Om hiertoe te komen worden landbouwgronden en particuliere gronden verworven en ontwikkeld tot natuur. In het netwerk van bestaande en nieuwe natuurgebieden ontbreken namelijk nog veel gebieden en verbindingen die belangrijk zijn voor dieren en planten. “Dit gebeurt nadrukkelijk in samenspraak met de landbouw”, onderstreept projectleider Ger van den Oetelaar. “We kunnen ecologische verbindingszones maken door gronden aan te kopen of te ruilen. ARK is nadrukkelijk geen praatclub. We zijn buiten actief om daar de agrarische-, natuur- en waterdoelen in goede harmonie te realiseren.” Het recentelijk aangekochte perceel van ruim vijf hectare aan het Hoogakkerpad in Nijnsel, nabij de Odaberg, is “de eerste stap van een marathon”, aldus Van den Oetelaar.
Al het mooie herbeleven
Precies rondom die Odaberg leefde begin achtste eeuw de Heilige Oda, naamgeefster van Sint-Oedenrode. Voor de gelegenheid was de heilige gisteren weer even tot leven gewekt. Vanaf de oevers van de Dommel sprak ze haar gehoor toe: “In mijn tijd leefde ik hier in de woeste wildernis tussen de otters. Ik gun ook jullie al het mooie wat ik hier gezien en beleefd heb.”
Grote opgave
Sinds 2012 was het vooral Brabants Landschap die in de regio, met name in De Mortelen en De Scheeken, gronden aankocht en ecologisch inrichtte. “ARK neemt nu het stokje over”, aldus Erik van Ingen van Brabants Landschap. “Daar zijn we heel blij mee, want er ligt nog een hele grote opgave.” ARK zal zich binnen Het Groene Woud vooral richten op de Grote Beerze (Kampina-Zuid), De Geelders en het Dommeldal.
Verbinden
Belangrijke partij binnen het project is het provinciale Groen Ontwikkelfonds Brabant (GOB). Directeur Mary Fiers: “Het gezamenlijke doel is om in 2027 het Natuurnetwerk Brabant gerealiseerd te hebben en de natuur weer haar dragende rol te laten spelen. Hierbij ondersteunt het GOB met geld, grond en kennis. Cruciaal hierbij is verbinden: tussen heden en verleden, tussen landbouwgrond en natuur.” Het Natuurnetwerk Brabant is er dan ook niet alleen voor planten en dieren, maar ook voor mensen. Door het oplossen van ontbrekende verbindingen kunnen dieren zich gemakkelijker verplaatsen tussen verschillende natuurgebieden en worden de leefomstandigheden voor planten en dieren bevorderd. Daarnaast biedt natuur volop mogelijkheden voor leuke activiteiten en kansen voor ondernemers die natuur en hun bedrijf willen combineren, maar helpt ook tegen de gevolgen van klimaatverandering.
Brabants Goud blijven delen
Gezien alle goede wensen en bedoelingen van de Heilige Oda, onderstreepte Van den Oetelaar dat we haar toch vooral op handen moeten dragen. Vanuit die intentie droegen vertegenwoordigers van ARK, het GOB, Brabants Landschap en het Roois Landschap – de ‘dragers’ van het project – de heilige in een heuse draagstoel door de velden. “Bedankt dat mijn voormalige woongebied weer in ere wordt hersteld, opdat we dit kunnen blijven delen”, zo sprak Oda. Als dank ontving ze een klomp goud, waarmee ze symbolisch de projectnaam lanceerde voor de komende jaren: ‘Brabants Goud in Het Groene Woud – Nú investeren in natuur, zekerheid voor de toekomst’.