Oesters en mosselen groeien graag op en bij elkaar. Schelp op schelp. Zo ontstaan er stevige riffen waar heel veel andere soorten van profiteren. Helaas zijn sinds 1900 duizenden hectares van deze hotspots van biodiversiteit verloren gegaan. ARK Rewilding Nederland is druk bezig om te onderzoeken hoe je riffen grootschalig kunt herstellen – en daar hoort natuurlijk monitoring bij. De eerste beelden uit de Voordelta laten al heel mooi zien wat het succes van deze schelpdierriffen is.
Het is heel wat lastiger om de biodiversiteit onder water te monitoren dan op het droge. “We zijn nu eenmaal landdieren”, zegt Ernst Schrijver van het Noordzeeprogramma van Ark. “En dan is het water hier voor de kust en op de Noordzee op de meeste dagen ook nog eens hartstikke troebel.”
Toch lukt het hem om zonder snorkel of duikpak een beeld te krijgen van de soorten die zich ophouden bij het oesterrif dat voor de Brouwersdam is ontstaan, en op de door ARK uitgezette oesters die deel zijn van de rifherstel-projecten. “Ik ga met mijn kano lekker het water op en hang wat aas voor de camera. Aan de hoeveelheid vissen kan ik direct zien of ik boven het rif vaar of boven het zand.”
Op de beelden zien we dat steeds meer dieren een plek vinden om te eten, te schuilen, voort te planten, groot te groeien en te wonen. Wieren, sponzen, anemonen, zachte koralen, zeenaaktslakken, schelp- en schaaldieren, octopussen, zeekatten en allerlei vissen. De soortenrijkdom op scheldierriffen is veel hoger dan op zandige bodems. Ook op de wal kunnen we de effecten met eigen ogen zien. Zeevogels en zeehonden vinden hier hun voedsel en zo ontstaat gelijdelijk een robuust ecosysteem dat voor zichzelf kan zorgen.
Het in 2016 ontdekte oesterrif bij de Brouwersdam is ontstaan uit larven van Europese platte oesters uit de kwekerijen in de Grevelingen. De aanwezigheid van een natuurlijk rif maakt het een goede testlocatie voor de korven met babyoesters die het Noordzee-team in verschillende varianten uitprobeert – immers de omstandigheden zijn goed voor de oester. Dat begon met zelfgevlochten kippengazen manden, inmiddels wordt gezocht naar makkelijker constructies waarmee het mogelijk is om grotere hoeveelheden oesterbaby’s veilig te laten opgroeien. Om echt ecologisch impact te hebben is niet alleen biodiversiteit nodig maar vooral ook biomassaliteit: grote riffen die bestand zijn tegen slecht weer, zich kunnen herstellen van zandbedelving, ziektes en beschadiging boven het zand uit.
Ben je ook nieuwsgierig geworden naar het leven in en om de riffen? Het Noordzeeteam neemt jou graag mee op snorkelexcursie zodat je zelf kan beleven hoe mooi het leven in de zee kan zijn.
De snorkelexcuries worden aangeboden in samenwerking met Stichting Anemoon. Aanmelden kan hier.
Biodiversiteit van natuurlijke schelpdierbank in beeld