"Tijdens mijn stage had ik het geluk om vier weken lang veldwerk te mogen doen in de lente, in het Zuid-Limburgse natuurgebied Ingendael. Elke dag zag ik het landschap groener en kleurrijker worden. Of het nu een haas was die plots uit het struweel sprong of een nieuwe plant die ik moest determineren, er was altijd wel iets nieuws te ontdekken.
Mijn onderzoek richtte zich op hoe de vegetatie zich heeft ontwikkeld in verschillende delen van Ingendael. Sinds 1997 is het gebied overgelaten aan natuurlijke processen en wordt het alleen nog begraasd door Galloway runderen en Konikpaarden. Ingendael kan worden onderverdeeld in drie gebieden, gebaseerd op voormalig landgebruik: een voormalige akker ingezaaid met een raaigrasmengsel, een oud grasland en een voormalige akker die niet ingezaaid is en in 2010 pas natuurgebied is geworden. Ik keek naar de invloed van voormalig landgebruik en verschillen in hoogteligging op verschillende vegetatievariabelen, waaronder soortenrijkdom en soortendiversiteit, bedekking van vegetatielagen, structurele kenmerken van bomen en struiken en de soortensamenstelling. Ik had verwacht dat de vegetatie zich op de niet-ingezaaide akker het sterkst zou ontwikkelen door de afwezigheid van een dominante graslaag. Ik rekende daar met name op een hogere soortenrijkdom en soortendiversiteit dan op het voormalige grasland en de ingezaaide akker. Ook verwachtte ik dat de soortensamenstelling zou verschillen in de drie genoemde gebieden.
De belangrijkste resultaten? De niet-ingezaaide akker had inderdaad de grootste soortenrijkdom en soortendiversiteit, hoogte had geen invloed op de meeste vegetatievariabelen. De uitgangssituaties in Ingendael bleken duidelijk van invloed op de vegetatiesamenstelling. Ik vond het indrukwekkend om te zien dat voormalig landgebruik echt een langdurige invloed kan hebben op de vegetatieontwikkeling. Dat onderstreept hoe belangrijk het is om rekening te houden met de voorgeschiedenis van een gebied. Daarnaast was het gewoon ontzettend gaaf om aan het eind van mijn stage te beseffen hoeveel je eigenlijk kunt onderzoeken, leren en ontdekken in zo’n relatief korte tijd.
Elke dag trok ik het veld in met mijn notitieboek, meetlinten, haringen en mijn petje (het was warm!). Ik determineerde en telde kruidachtige en houtige soorten, en mat de hoogte, kroondiameter en de diameter op borsthoogte van bomen en struiken. In het begin vond ik dat best spannend. Ik had nog weinig ervaring met vegetatieonderzoek. Gelukkig kreeg ik goede hulp van collega’s bij ARK. Met wat ondersteuning van plantenherkenningsapps kwam ik er meestal toch wel snel uit. Elke week leerde ik weer nieuwe soorten kennen. Het was gaaf om te merken hoe snel je leert als je ergens enthousiast over bent en er elke dag tijd aan besteedt.
Naast het onderzoek waren er veel momenten die me zijn bijgebleven. Zoals de kuddebeheerder van het Limburgs Landschap, die ik toevallig in het veld tegenkwam en die enthousiast vertelde over het houden van dieren in verwilderde natuurgebieden in het algemeen en de grazers in Ingendael in het bijzonder. Of de twee nijlganzen die me regelmatig leken op te wachten in de voormalige akker. En natuurlijk de reeën, hazen en talloze vogels die ik in Ingendael ben tegengekomen.
Wat ik ook erg waardeerde, was de sfeer bij ARK. Er is veel ruimte voor zelfstandigheid, maar ook goede begeleiding. De studentendagen, themadagen en lunchlezingen boden een mooie inkijk in andere projecten en gaven me een beter beeld van hoe omvattend rewilding is.
Wat ik meeneem uit mijn tijd bij ARK? Dat je altijd kunt blijven leren — ook als je denkt dat je ergens nog niet goed in bent. Dat de natuur in Nederland misschien anders is dan in andere landen, maar daarom niet minder waardevol. En mijn stage heeft nog meer benadrukt dat planten, die soms als ‘onkruid’ worden weggezet, zo mooi en nuttig kunnen zijn, vooral als je er met aandacht naar kijkt.
Ik kijk met veel plezier terug op mijn stage en zou het zeker aanraden aan andere studenten. Niet alleen vanwege de inhoud, maar ook vanwege de mensen, de energie en de ruimte om jezelf te ontwikkelen — in de natuur én daarbuiten."