In Nederland eten we ongeveer 1,7 miljoen kilo oesters per jaar. Hun schelpen verdwijnen meestal in de afvalbak –– terwijl ze ontzettend belangrijk zijn voor het ecosysteem van de Noordzee. Het project Helpen met Schelpen zamelt leeggegeten schelpen van aangesloten restaurants in en zorgt ervoor dat de ‘oude’ oesterschelpen een nieuw leven krijgen in de Noordzee. Alle schelpen die dit jaar door ARK Rewilding Nederland en Ørsted worden uitgezet in de Noordzee, zijn verzameld door Helpen met Schelpen.
“Ik vind het fantastisch dat we vandaag echt de handen uit de mouwen gaan steken!” zegt Justė Motuzaitė. Met hulp van Ørsted en samen met de Oesterij heeft ze het afgelopen jaar gewerkt om dit initiatief van de grond te krijgen. Vandaag staan jonge rewilders uit het Jonge Rewilders Netwerk van ARK klaar om te helpen bij het oesters schoonmaken en verpakken. Stichting Zeeschelp neemt ze daarna mee om ze opnieuw te laten begroeien met jonge oesters, waarna ze door ARK worden uitgezet. “Het is dubbele winst” voegt Motuzaitė toe. “Door de schelpen opnieuw te gebruiken, besparen we afval en dragen we een steentje bij aan een meer circulair systeem, en bovendien zijn deze schelpen goud voor de Noordzee - ze zijn daar heel hard nodig!”
Ook Jean D’Hooge, eigenaar van De Oesterij, is enthousiast. “Oesterschelpen zijn natuurlijke materialen, dus het voelt ook natuurlijk om ze zoveel als mogelijk terug te brengen naar zee. En in de toekomst kan dit project restaurants helpen om hun afval te verminderen – en ook de kosten die daarmee gepaard gaan.”

Jonge oester zoekt schelp
Jonge oesters groeien op een harde ondergrond, zoals stenen of schelpen. Lege schelpen geven langzaam calciumcarbonaat af: een mineraal dat jonge oesters gebruiken om hun eigen schelp te volgroeien. De larven zwemmen door het water op zoek naar een kansrijke plek om zich vast te hechten voor de rest van hun leven. Vinden ze die niet, dan gaan ze dood. Vroeger lagen er talloze, uitgestrekte schelpdierriffen op de bodem van de Noordzee: een natuurlijke plek voor jonge oesters om zich aan te hechten. Tegenwoordig zijn riffen – en dus vestigingsplaatsen voor jonge oesters - zeldzaam: in de Nederlandse Noordzee kennen we nog maar één rif, en dat ligt in de Voordelta.
Het belang van nieuwe riffen in de Noordzee
Riffen vormen een belangrijke basis voor het leven in de Noordzee. Je vindt er allerlei soorten vissen, kreeften, krabben, koralen, kwallen en zeesterren. Zij vinden er eten, een plek om zich te vestigen, om te schuilen en het zijn kraamkamers voor veel van het leven in zee. En daar komt weer groter zeeleven op af, zoals zeevogels, zeehonden, roggen en zelfs bruinvissen profiteren van een rif. Al jarenlang holt de hoeveelheid en diversiteit van leven in de Noordzee achteruit. Veel riffen verdwenen, en er zijn vooral nog kale zandbodems te vinden. Door grote hoeveelheden oesters terug te brengen in de Noordzee wil ARK nieuwe riffen kickstarten.
